Je neemt deel aan de pensioenregeling van je werkgever Cosun en daarom bouw je ouderdomspensioen op bij Stichting Pensioenfonds Cosun. Dat ouderdomspensioen ontvang je als je 68 jaar wordt. Je ouderdomspensioen is een aanvulling op de AOW. De AOW is het pensioen dat je van de overheid ontvangt als je de AOW-leeftijd bereikt. Meer informatie over de AOW vind je op svb.nl.
Hoeveel pensioen je straks ontvangt van het pensioenfonds is vooral afhankelijk van de hoogte van het salaris dat je hebt verdiend, de inhoud van de pensioenregeling waaraan je deelneemt en het aantal jaren dat je deelneemt. Het ouderdomspensioen wordt vanaf je 68ste jaar maandelijks uitbetaald, zolang je leeft. De hoogte van het verwachte ouderdomspensioen staat op je Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en op mijnpensioenoverzicht.nl. In de toekomst gaat de opzet van het UPO veranderen en zie je daar uitsluitend wat je tot dat jaar hebt opgebouwd.
De pensioenregeling waaraan je deelneemt, is een uitkeringsovereenkomst. Elk jaar bouw je pensioen op over een deel van je brutoloon dat je in dat jaar hebt verdiend. Dit heet het pensioensalaris. Dit omvat het jaarinkomen dat je in het voorafgaande kalenderjaar hebt verdiend inclusief de daarop betrekking hebbende eventuele salarisgarantie, de vakantietoeslag, de eindejaarsuitkering, de toeslag voor het werken in ploegen, de afbouwregeling ploegentoeslag, de toeslag voor werk onder zeer bezwaarlijke omstandigheden en de vaste toeslag. Als je meer verdient dan € 137.800 per jaar, telt je inkomen boven die grens niet mee voor je pensioenopbouw.
Je bouwt niet over je hele pensioensalaris pensioen op. Het pensioenfonds houdt namelijk al rekening met de AOW, die je van de overheid ontvangt als je de AOW-leeftijd bereikt. Het deel van je salaris waarover je geen pensioen opbouwt, heet franchise. Die franchise wordt elk jaar vastgesteld. Voor 2024 is deze € 19.901. Het bedrag dat overblijft als we de franchise aftrekken van je pensioensalaris noemen we de pensioengrondslag. Over die pensioengrondslag bouw je jaarlijks 1,875% aan pensioen op.
Voorbeeld
Laten we dit verduidelijken met een voorbeeld.
Stel: je pensioenjaarsalaris is € 40.000.
Je pensioengrondslag is dan € 40.000 – € 19.901 (de franchise) = € 20.099
Je bouwt in dat betreffende jaar 1,875% pensioen op over € 20.099 = € 376,86
Het ouderdomspensioen dat je bij pensionering ontvangt, is een optelsom van wat je in al je dienstjaren opbouwt plus de eventuele toeslagverlening.
Pensioen en deeltijd
Als je in deeltijd werkt, is je pensioenopbouw gekoppeld aan je deeltijdpercentage. Als je bijvoorbeeld 60% van een volledig dienstverband werkt, is je pensioenopbouw ook 60% van wat je bij een volledig dienstverband zou opbouwen.
De precieze regels over de inhoud van je pensioenregeling vind je in het pensioenreglement.
Partnerpensioen
Als je komt te overlijden heeft je partner (zie ook ‘Als je gaat trouwen of samenwonen’) recht op een partnerpensioen. Bij het Cosun pensioenfonds bouw je dat partnerpensioen voor een niveau van 50% van het ouderdomspensioen op door de premies die je werkgever en jij betalen. Zo lang je bij Cosun in dienst bent en deelneemt aan de pensioenregeling, wordt daarnaast een verzekering afgesloten voor 20% van het ouderdomspensioen.
Als je overlijdt voor je pensioenrichtleeftijd (de standaard pensioenleeftijd volgens het pensioenreglement) maar op dat moment niet meer in dienst bent van Cosun en niet je opgebouwde pensioen hebt meegenomen naar je nieuwe werkgever (zie waardeoverdracht), ontvangt je partner een levenslang partnerpensioen dat is gebaseerd op de hoogte van het tot het eind van je dienstverband opgebouwde ouderdomspensioen.
Als je overlijdt na je pensionering ontvangt je partner een levenslang partnerpensioen dat is gebaseerd op de hoogte van het tot het eind van je dienstverband opgebouwde ouderdomspensioen.
Tijdelijk aanvullend partnerpensioen
Als je overlijdt terwijl je nog bij Cosun in dienst bent, ontvangt je partner ook nog een tijdelijk aanvullend partnerpensioen van 30% van het ouderdomspensioen dat je zou krijgen als je tot je pensioenrichtleeftijd bij het fonds pensioen zou opbouwen. Je partner ontvangt dit tijdelijk partnerpensioen totdat hij of zij de AOW-leeftijd bereikt met een maximum van 68 jaar.
Mogelijke ANW-uitkering
Als je overlijdt, heeft je partner misschien recht op een wettelijke nabestaandenuitkering van de overheid: de ANW-regeling. Hieraan zijn voorwaarden verbonden. Je partner moet dan geboren zijn vóór 1950 of een of meer minderjarige kinderen te verzorgen hebben of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn. Meer informatie hierover kun je vinden op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) svb.nl
De hoogte van het verwachte partnerpensioen staat vermeld op je Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en op mijnpensioenoverzicht.nl. In de toekomst gaat de opzet van het UPO veranderen en zie je daar uitsluitend wat je tot dat jaar aan partnerpensioen hebt opgebouwd.
De precieze regels over de inhoud van je pensioenregeling vind je in het pensioenreglement.
Wezenpensioen
Met de premies die jij en Cosun betalen is er ook een wezenpensioen geregeld voor je kinderen. Het wezenpensioen wordt aan je minderjarige kinderen uitbetaald als je overlijdt.
Als je overlijdt terwijl je nog bij Cosun in dienst bent, ontvangen je kinderen per kind een wezenpensioen dat 14% is van het ouderdomspensioen dat je zou ontvangen als je tot je pensionering bij het pensioenfonds pensioen zou opbouwen. Je kinderen ontvangen wezenpensioen tot ze de leeftijd van 18 jaar bereiken. Zolang ze studeren ontvangen ze het wezenpensioen tot de leeftijd van 27 jaar.
Als je overlijdt voor je pensioenrichtleeftijd (de standaard pensioendatum volgens het reglement) maar op dat moment niet meer in dienst bent van Cosun en niet je opgebouwde pensioen hebt meegenomen naar je nieuwe werkgever, ontvangen je minderjarige kinderen een wezenpensioen dat 14% is van het tot het eind van je dienstverband opgebouwde ouderdomspensioen.
Als je overlijdt na je pensionering en je op dat moment nog minderjarige of studerende kinderen hebt, ontvangen zij per kind een wezenpensioen dat 14% is van je ouderdomspensioen.
De hoogte van het wezenpensioen staat vermeld op je Uniform Pensioenoverzicht (UPO). De precieze regels over het wezenpensioen vind je in het pensioenreglement.
Arbeidsongeschiktheidspensioen
Als je niet meer (volledig) kunt werken voorziet de pensioenregeling in een arbeidsongeschiktheidspensioen als aanvulling op je WIA-uitkering. Als je op 1 januari 2006 al een WAO-uitkering ontving, val je nog onder de oude regels van de WAO. Sinds 2006 is de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) van kracht. Als je twee jaar door ziekte niet meer of niet meer volledig kunt werken, heb je recht op een WIA uitkering. Om in aanmerking te komen voor een WIA-uitkering moet je voor minstens 35% arbeidsongeschikt zijn. Meer informatie over de WIA vind je op de website rijksoverheid.nl.
Je hebt recht op een arbeidsongeschiktheidspensioen van het pensioenfonds één jaar nadat het recht op je WIA-uitkering is ingegaan. Het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt uitbetaald tot het moment waarop je je AOW-leeftijd bereikt, die – afhankelijk van je geboortejaar – maximaal 67 jaar en 3 maanden is. De uitkering stopt eerder als je weer volledig arbeidsgeschikt zou worden of zou overlijden. Voor de hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen is de WIA-loongrens bepalend. Die grens is voor 2024 gesteld op € 71.628 per jaar.
De hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen is afhankelijk van de mate van je arbeidsongeschiktheid. Hieronder vind je een tabel waarin dit is aangegeven. Het uitkeringsbedrag is gebaseerd op het uitkeringspercentage vermenigvuldigd met het positieve verschil tussen je pensioensalaris en de WIA-loongrens. Indien je minder dan de volledige arbeidstijd werkzaam was toen je arbeidsongeschikt werd, wordt het hiervoor vastgestelde pensioenbedrag vermenigvuldigd met je deeltijdfactor. Die factor is dus lager dan de 100% die geldt bij een volledige arbeidstijd.
Bij een mate van arbeidsongeschiktheid van | bedraagt het uitkeringspercentage |
---|---|
0 tot 35% | 0% |
35 tot 45% | 28% |
45 tot 55% | 35% |
55 tot 65% | 42% |
65 tot 80% | 50,75% |
80% of meer | 70% |
Als het percentage van je arbeidsongeschiktheid wijzigt, verandert ook de uitkering van je arbeidsongeschiktheidspensioen.
Voorzetting van pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid
Ben je volledig arbeidsongeschikt, dan bouw je nog steeds pensioen op. Je hoeft hiervoor geen premie te betalen. Ben je gedeeltelijk, maar ten minste voor 35%, arbeidsongeschikt, dan wordt je pensioenopbouw voor het gedeelte dat je niet kunt werken premievrij voortgezet. Dit kan maximaal duren totdat je de AOW-leeftijd bereikt, maar uiterlijk tot de reglementaire pensioenleeftijd van 68 jaar.
Alle details over arbeidsongeschiktheid en pensioen vind je in het pensioenreglement.
Reglement
Wil je precies weten wat onze pensioenregeling je biedt? Klik door naar het pensioenreglement. Je kunt het reglement ook bij ons opvragen.
Dit onderdeel is niet van toepassing op jouw pensioenregeling. Je bouwt ouderdomspensioen op en je pensioenregeling voorziet ook in een partnerpensioen én een wezenpensioen. Ook kent je pensioenregeling een aanvulling op de wettelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering als je arbeidsongeschikt wordt. Bovendien hoef je dan zelf geen pensioenpremie meer te betalen terwijl je pensioenopbouw wel (gedeeltelijk) doorloopt.
Hoe bouw je pensioen op?
Het pensioenstelsel in Nederland bestaat uit drie onderdelen. De hoogte van je pensioeninkomen hangt af van wat je in elk onderdeel hebt opgebouwd.
A. De Algemene Ouderdomswet (AOW)
De AOW is het wettelijke pensioen van de overheid, voor iedereen die tussen de leeftijd van 15-17 jaar (afhankelijk van de geboortedatum) en de ingangsleeftijd van de AOW in Nederland heeft gewoond of gewerkt. De AOW-ingangsleeftijd is niet meer voor iedereen gelijk. Kijk op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) svb.nl voor je AOW-leeftijd. De AOW-bedragen worden jaarlijks aangepast. Kijk voor de bedragen en voor verdere informatie over de AOW op svb.nl. Let op: heb je niet altijd in Nederland gewoond of gewerkt? Dan kan je AOW lager uitvallen.
B. Het pensioen dat je via je werk opbouwt
De hoogte van dit pensioen vind je op je Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Het UPO ontvang je één keer per jaar zolang je pensioen opbouwt bij het Pensioenfonds Cosun. Op het UPO staan het ouderdomspensioen dat je nu hebt opgebouwd én het pensioen dat je gaat ontvangen vanaf je 68ste jaar als je tot dat moment bij het pensioenfonds blijft opbouwen. Op het UPO vind je ook gegevens van het partner- en wezenpensioen. Dat is pensioen voor je partner en kinderen als je overlijdt. De opzet van het UPO wordt in de toekomst gewijzigd. Het zal dan alleen een overzicht geven van de al opgebouwde pensioenaanspraken. Kijk ook op mijnpensioenoverzicht.nl. Daar vind je een overzicht van al het pensioen dat je hebt opgebouwd in de banen die je hebt gehad. Ook je AOW staat in het totaal overzicht opgenomen.
C. De pensioenaanvulling waar je zelf voor zorgt
Je kunt zelf een aanvulling regelen op je AOW en het pensioen dat je opbouwt via Cosun. Dat kan bijvoorbeeld via banksparen of door een verzekering – zoals een lijfrente – af te sluiten.
Je bouwt pensioen op in een middelloonregeling
Elk jaar bouw je pensioen op over een deel van je brutoloon dat je in dat jaar hebt verdiend. Dit heet het pensioensalaris. Dit omvat het jaarinkomen dat je in het voorafgaande kalenderjaar hebt verdiend inclusief de daarop betrekking hebbende eventuele salarisgarantie, de vakantietoeslag, de eindejaarsuitkering, de toeslag voor het werken in ploegen, de afbouwregeling ploegentoeslag, de toeslag voor werk onder zeer bezwaarlijke omstandigheden en de vaste toeslag. Als je meer verdient dan € 128.810 per jaar (niveau 2023), telt je inkomen boven die grens niet mee voor je pensioenopbouw.
Je bouwt niet over je hele salaris pensioen op. Het Cosun pensioenfonds houdt namelijk al rekening met de AOW, die je van de overheid ontvangt als je de AOW-leeftijd bereikt. Het deel van je salaris waarover je geen pensioen opbouwt, heet franchise. Die franchise wordt elk jaar vastgesteld. Voor 2024 is deze € 19.901. Het bedrag dat overblijft als we de franchise aftrekken van je pensioensalaris noemen we de pensioengrondslag. Over die pensioengrondslag bouw je jaarlijks 1,875% aan pensioen op. Dit heet een middelloonregeling.
Het totale pensioen dat je op deze manier opbouwt, is de optelsom van al die jaren plus de eventuele toeslagen. Vanaf je pensioendatum ontvang je dit pensioenbedrag zo lang je leeft.
Voor meer informatie en een rekenvoorbeeld, kijk onder ouderdomspensioen.
Opbouwpercentage
Ieder jaar bouw je pensioen op over een deel van het brutosalaris dat je in dat jaar hebt verdiend. Het deel van je salaris waarover je geen pensioen opbouwt, heet franchise. Die franchise wordt elk jaar vastgesteld. Voor 2024 is deze € 19.901. Het bedrag dat overblijft als we de franchise aftrekken van je pensioensalaris noemen we de pensioengrondslag. Over die pensioengrondslag bouw je jaarlijks 1,875% aan pensioen op.
Voorbeeld
Laten we dit verduidelijken met een voorbeeld.
Stel: je pensioenjaarsalaris is € 40.000.
Je pensioengrondslag is dan € 40.000 – € 19.901 (de franchise) = € 20.099
Je bouwt in dat betreffende jaar 1,875% pensioen op over € 20.099 = € 376,86
Het ouderdomspensioen dat je bij pensionering ontvangt, is een optelsom van wat je in al je dienstjaren opbouwt plus de eventuele toeslagen.
Jij en je werkgever betalen beiden voor je pensioen
Jij en je werkgever betalen iedere maand pensioenpremie. De totale pensioenpremie is bij Cosun 28% van de totale loonsom. Hiervan betaalt Cosun 25% en de werknemers met ingang van 1 januari 2017 3%.
In feite is de premie de prijs van je pensioen. Je werkgever betaalt elke maand de totale pensioenpremie aan het pensioenfonds. Je werkgever houdt maandelijks jouw deel van de pensioenpremie in op je brutosalaris. Het exacte bedrag staat op je salarisstrook. De premie die de werkgever betaalt, staat niet op je loonstrook.
Meer informatie over de financiering van de pensioenregeling vind je in het pensioenreglement.
Waardeoverdracht
Als je van werkgever verandert en daardoor naar een andere pensioenregeling gaat, kun je ervoor kiezen om je opgebouwde pensioen mee te nemen. We noemen dat waardeoverdracht. Dat vraag je aan bij je nieuwe pensioenuitvoerder. Laat je hier vooraf goed over informeren. Of waardeoverdracht een goede keuze is, hangt onder andere af van de financiële situatie van het Cosun pensioenfonds en die van je mogelijke nieuwe pensioenuitvoerder, evenals van de inhoud van de regelingen.
Als je besluit geen waardeoverdracht aan te vragen, dan blijft je pensioen achter bij het Cosun pensioenfonds en wordt het vanaf je 68ste jaar aan je uitbetaald. Je betaalt hiervoor geen premie meer en gaat verder met pensioen opbouwen in de regeling van je nieuwe werkgever. Is je ouderdomspensioen kleiner dan € 592,51 (2024) per jaar als je uit dienst gaat? Dan kunnen wij je pensioen automatisch overdragen naar je nieuwe werkgever.
Meer informatie vind je in het pensioenreglement.
De Pensioenvergelijker
De Pensioenvergelijker is een instrument om het mogelijk te maken de pensioenregeling van Cosun te vergelijken met andere pensioenregelingen. Je ziet bijvoorbeeld wat je wel en wat je niet krijgt. Bekijk wat de verschillen zijn en wat ze voor jou betekenen. Dan kun je er voor kiezen om eventueel zelf iets te regelen. Inzicht in de verschillen is ook één van de stappen bij de keuze over waardeoverdracht: neem je je pensioen mee naar je nieuwe pensioenuitvoerder of niet? Om de vergelijking te kunnen maken heb je het Pensioen 1-2-3 en de Pensioenvergelijker van je oude en je nieuwe werkgever nodig.
Klik hier om de pensioenvergelijker van Pensioenfonds Cosun te downloaden.
Ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen
Als je met pensioen gaat of eerder Cosun verlaat, heb je eenmalig de keuze om een deel van je opbouwde ouderdomspensioen om te ruilen voor een hoger partnerpensioen. Dit kun je doen indien je graag wilt dat jouw partner na jouw overlijden wat meer inkomen krijgt. Jouw ouderdomspensioen wordt lager, maar je partner krijgt wel een hoger partnerpensioen als je bent overleden.
Je moet deze uitruil aanvragen minstens zes maanden voordat je met pensioen gaat of op het moment dat je deelnemerschap bij het pensioenfonds eindigt. Als je eerder gescheiden bent, kun je geen uitruil aanvragen voor het deel van het ouderdomspensioen waaraan je ex-partner rechten ontleent. Als je kiest voor uitruil van ouderdomspensioen voor partnerpensioen, mag het partnerpensioen, na de uitruil, maximaal 70% bedragen van het ouderdomspensioen dat overblijft.
Let op: dit is een eenmalige keuze! Als je eenmaal gekozen hebt om wel of niet te ruilen kan dit niet meer ongedaan worden gemaakt. Meer informatie over het ruilen van pensioen is te vinden in het pensioenreglement.
Partnerpensioen ruilen voor ouderdomspensioen
Als je met pensioen gaat, heb je eenmalig de keuze om het opgebouwde partnerpensioen geheel of gedeeltelijk om te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Als je op het moment dat je met pensioen gaat geen partner hebt, regelt het pensioenfonds dat automatisch voor je. Heb je wel een partner, dan moet je deze uitruil aanvragen minstens zes maanden voordat je met pensioen gaat. Je kunt dit doen als je partner bijvoorbeeld zelf een goed ouderdomspensioen heeft. Je partner moet het wel eens zijn met de uitruil en jullie moeten beiden beseffen dat je partner na de uitruil geen of minder partnerpensioen krijgt als je overlijdt. Als je voor deze uitruil kiest, dien je een schriftelijk bewijs hiervan te overleggen aan het pensioenfonds.
Als je eerder gescheiden bent, kun je geen uitruil aanvragen voor het bijzonder partnerpensioen dat bestemd is voor je ex-partner.
Let op: dit is een eenmalige keuze! Als je eenmaal gekozen hebt om wel of niet te ruilen kan dit niet meer ongedaan worden gemaakt. Meer informatie over het ruilen van pensioen is te vinden in het pensioenreglement.
Deeltijdpensioen
Als je wel eerder dan je 68ste jaar meer vrije tijd wilt, maar nog niet volledig wilt stoppen met werken, dan is deeltijdpensioen een interessante mogelijkheid. Je gaat dan voor een deel van je werktijd met pensioen. Voor het andere deel blijf je werken en voor dat deel blijf je pensioen opbouwen. Je totale pensioen wordt iets lager omdat je een deel eerder opneemt en je opbouw gedeeltelijk stopt. Je kunt vanaf 10 jaar voor jouw AOW-leeftijd kiezen voor deeltijdpensioen. Het deeltijdpensioenpercentage moet ten minste 20% zijn. Je kunt je deeltijdpensioenpercentage daarna nog enkele keren verhogen met stappen van minstens 10%. Een deeltijdpensioenpercentage van 80% is het maximum. Daarna moet je pensioen volledig ingaan. Je deeltijdpensioenpercentage verminderen mag niet. Een eenmaal gemaakte keuze is onherroepelijk. Je dient deeltijdpensioen zes maanden van tevoren aan te vragen. Je werkgever Cosun moet het eens zijn met je keus voor deeltijdpensioen aangezien deze keuze grote invloed kan hebben op het verder verantwoord kunnen uitoefenen van je functie.
Pensioen vervroegen
Je kunt er voor kiezen om je pensioen eerder in te laten gaan dan op je 68ste jaar. Bij Cosun kan dat vanaf 10 jaar voor de voor jou geldende AOW-leeftijd. Dat betekent wel dat je ouderdomspensioen lager wordt. Hoe eerder je stopt, hoe lager het pensioen wordt. Eerder met pensioen gaan heeft dus financiële gevolgen. Je moet er ook rekening mee houden dat de AOW waarschijnlijk later ingaat dan je vervroegde ouderdomspensioen. Kijk op svb.nl om te zien wanneer voor jou de AOW ingaat. Als je eerder met pensioen wilt gaan, moet je dat zes maanden voor de gewenste pensioendatum schriftelijk aan het pensioenfonds kenbaar maken. De keuze die je dan maakt, is tot drie maanden voor aanvang van het pensioen te herzien. Daarna is de keuze onherroepelijk.
Pensioen uitstellen
In plaats van met pensioen te gaan op je 68ste jaar kun je er voor kiezen om langer door te werken. Dat kan bij Cosun tot maximaal 5 jaar nadat je de voor jou geldende AOW-leeftijd hebt bereikt. Je werkgever Cosun moet daar dan toestemming voor verlenen. Als je later met pensioen gaat, wordt je opgebouwde ouderdomspensioen verhoogd omdat het later ingaat. Uitstel van het pensioen is alleen mogelijk voor zover het dan verhoogde ouderdomspensioen nog binnen de fiscale grenzen valt. Uitstel van je pensionering moet je uiterlijk zes maanden voor je 68ste jaar aanvragen.
Meer informatie over de keuzemogelijkheden vind je in het pensioenreglement.
Beginnen met een hoger pensioen
Als je ervoor kiest om vervroegd met pensioen te gaan, dan kun je ervoor kiezen om tot je AOW-leeftijd een hogere pensioenuitkering te ontvangen en daarna levenslang een lagere pensioenuitkering. Door de hogere uitkering aan het begin kun je het gemis aan AOW tot je AOW-datum compenseren. Bij deze keuzemogelijkheid mag de lagere uitkering niet minder dan 75% van de hogere uitkering bedragen. Je dient deze variabilisering minstens zes maanden voor de gewenste pensioendatum aan te vragen.
Let op: dit is een eenmalige keuze! Als je hier eenmaal voor gekozen hebt, kan die niet meer ongedaan worden gemaakt. Meer informatie vind je in het pensioenreglement.
Keuzemogelijkheden
De pensioenregeling van Cosun biedt je verschillende keuzemogelijkheden zoals deeltijdpensioen of eerder of later met pensioen gaan. Je kunt een deel van je ouderdomspensioen omwisselen voor een hoger partnerpensioen of omgekeerd je opgebouwde partnerpensioen geheel of gedeeltelijk omwisselen voor een hoger ouderdomspensioen. Verder kun je bij vervroegde pensionering een hoger ouderdomspensioen krijgen tot je AOW-leeftijd en vervolgens levenslang een lagere uitkering. Je vindt deze mogelijkheden onder Welke keuzes heb je zelf in laag 1 van het Pensioen 1-2-3. Vervolgens kun je per onderwerp doorklikken naar meer informatie over deze keuzemogelijkheden.
Daarnaast zijn er gebeurtenissen in je leven en loopbaan die van invloed zijn op je pensioen. Daarbij heb je soms ook keuzes te maken. Bijvoorbeeld als je met ontslag gaat. Neem je dan je opgebouwde pensioen mee naar de pensioenuitvoerder van je nieuwe werkgever of laat je het staan bij pensioenfonds Cosun?
Welke risico’s zijn er
De opbouw en uitbetaling van pensioen gaan over een heel lange periode. Vanaf de start van de opbouw tot de laatste pensioenuitbetaling kan wel eens 80 jaar zitten. In zo’n periode verandert de wereld waardoor er risico’s kunnen ontstaan die je pensioen bedreigen. Het Cosun pensioenfonds voert een beleid waarbij het alle mogelijke risico’s zo goed mogelijk in kaart probeert te brengen en die risico’s zo veel mogelijk probeert te beheersen. Toch kunnen er onverwachte, heftige ontwikkelingen zijn die mogelijk kunnen leiden tot een tekort zodat het pensioenfonds maatregelen moet treffen om dit tekort op te heffen. Ga voor meer informatie over die maatregelen naar wat hieronder staat vermeld over Als er een tekort is. Het pensioenfonds probeert dus voorbereid te zijn op de risico’s die je pensioen kunnen bedreigen. In het verleden is dat niet altijd goed gegaan. Bijvoorbeeld door de snelle stijging van de levensverwachting. Die stijging is namelijk groter dan de stijging waarmee we, op basis van adviezen van deskundigen, rekening hebben gehouden. Als deelnemers gemiddeld ouder worden, moet hun pensioen langer worden uitbetaald. Het pensioenfonds moet dan meer geld hebben dan waar eerst op werd gerekend.
De rente beïnvloedt de waarde van pensioenen. Pensioenuitvoerders maken van tevoren een inschatting van het geld dat ze nodig hebben om de pensioenen te kunnen uitbetalen. Hoe lager de rente is, hoe meer geld het Cosun pensioenfonds ‘in kas’ moet hebben om later alle pensioenen te kunnen uitbetalen. Er wordt dan immers naar verwachting in de toekomst minder rente ontvangen dan eerder werd verondersteld. Als de rente langdurig laag blijft, maakt dat de pensioenen dus duurder.
Ook de beleggingsresultaten kunnen tegenvallen. Daarom zorgt het pensioenfonds ervoor dat de beleggingen gespreid worden over meerdere beleggingssoorten. Winst op een belegging kan verlies op een andere belegging goedmaken. Een pensioenuitvoerder kan beleggingsrisico’s ook afdekken. Daar zijn wel kosten aan verbonden. Meer informatie over het beleggingsbeleid van het pensioenfonds kun je vinden in de jaarverslagen die je kunt downloaden in laag 3 van dit Pensioen 1-2-3 en via een aparte knop onderaan de homepage.
Er zijn nog meer risico’s waar het Cosun pensioenfonds rekening mee moet houden om je pensioen zo goed mogelijk te beschermen. Het Cosun pensioenfonds moet die risico’s dus letterlijk ‘managen’. Meer informatie over het risicomanagement van het Cosun pensioenfonds vind je in de jaarverslagen in laag 3 van dit Pensioen 1-2-3 en via een aparte knop onderaan de homepage.
Vanaf 2015 moeten pensioenuitvoerders bij beleidsbeslissingen gebruikmaken van de zogenoemde beleidsdekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds is onder meer van belang bij besluiten van het bestuur die gaan over de hoogte van de premie en het verlenen van indexatie. Ook is de beleidsdekkingsgraad een belangrijke graadmeter voor de vraag of het pensioenfonds genoodzaakt is de pensioenen te verlagen. Als de beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds lager is dan 100% dan mag het pensioenfonds niet meewerken aan individuele waardeoverdrachten. De beleidsdekkingsgraad is een gemiddelde over twaalf maanden. Elders op de website vind je meer informatie over onze financiële situatie en de beleidsdekkingsgraad.
Welvaartsvast pensioen
Normaal gesproken wordt geld ieder jaar iets minder waard. Je kunt met hetzelfde bedrag in 2024 iets minder kopen dan in 2023. Dat heet inflatie. Vanwege die inflatie probeert het Cosun pensioenfonds het pensioen van de deelnemers in actieve dienst elk jaar mee te laten groeien met de stijging van de lonen. Dit heet toeslagverlening (ook wel indexatie genoemd). Als de groei van het pensioen de loonstijging bijhoudt, noemen we dat een welvaartsvast pensioen.
Toeslagverlening kan alleen als de financiële situatie van ons pensioenfonds goed genoeg is. Het bestuur beslist daarom jaarlijks of en in hoeverre de pensioenaanspraken worden aangepast.
De richtlijnen voor de toeslagverlening voor deelnemers in actieve dienst zijn:
- De toeslag is voorwaardelijk en de ambitie is om jaarlijks een toeslag toe te kennen die gelijk is aan de stijging van de loonindex.
- In eerste instantie wordt geprobeerd de toeslag te halen uit het positieve verschil tussen de betaalde premie van 28% en de kostendekkende premie. Dat is de premie die nodig is om de pensioenaanspraken volgens het pensioenreglement in een bepaald jaar te kunnen inkopen. Ook de kosten voor de uitvoering van de pensioenregeling en een opslag voor actuariële en beleggingsrisico’s zitten in de kostendekkende premie.
- Mocht er niet genoeg ruimte zitten tussen de betaalde en de kostendekkende premie om de toeslag te kunnen financieren, dan kan een beroep worden gedaan op de garantie die de werkgever tot 2024 heeft afgegeven. Deze garantie is maximaal:
- 2% van 2014 tot en met 2016
- 1,6% van 2017 tot en met 2019
- 1,2% van 2020 tot en met 2023.
- Is deze garantie nog niet voldoende, dan kan gekeken worden of de rest van de toeslag kan worden gefinancierd uit het eventueel aanwezige vrij beschikbare fondsvermogen. Dit is vooral afhankelijk van de resultaten die behaald zijn op de beleggingen.
De afgelopen jaren hebben wij op de pensioenen voor de actieve deelnemers de volgende toeslagen verleend:
Jaar | Gerealiseerde indexatie | Loonindex |
---|---|---|
2024 | 10,29% | 10,29% |
2023 | 5,23% | 5,23% |
2022 | 3,00% | 3,00% |
2021 | 0,00% | 0,00% |
2020 | 3,22% | 8,42% |
2019 | 0,00% | 0,00% |
2018 | 3,79% | 5,34% |
2017 | 0,00% | 0,00% |
2016 | 2,20% | 2,77% |
2015 | 2,31% | 2,77% |
2014 | 3,41% | 4,35% |
De toeslagen over 2008 tot en met 2013 vindt u in dit overzicht.
Meer informatie over het toeslagbeleid vind je in het pensioenreglement.
Waardevast pensioen
Normaal gesproken wordt geld ieder jaar iets minder waard. Je kunt met hetzelfde bedrag in 2024 iets minder kopen dan in 2023. Dat heet inflatie. Vanwege die inflatie probeert het Cosun pensioenfonds het pensioen van de pensioengerechtigden, van de gewezen deelnemers en van deelnemers die geen premie hoeven te betalen in verband met arbeidsongeschiktheid elk jaar mee te laten groeien met de stijging van de prijzen. Dit heet toeslagverlening (ook wel indexatie genoemd). Als het pensioen meegroeit met de prijsstijging noemen we dat een waardevast pensioen. Toeslagverlening kan alleen als de financiële situatie van ons pensioenfonds goed genoeg is. Het bestuur beslist daarom jaarlijks of en in hoeverre de pensioenrechten en aanspraken worden aangepast.
De richtlijnen voor de toeslagverlening van de gepensioneerden, van de gewezen deelnemers en van deelnemers die geen premie hoeven te betalen in verband met arbeidsongeschiktheid zijn:
- De toeslag is voorwaardelijk en de maatstaf is de prijsindex van het CBS.
- De ambitie is om 75% van de stijging van prijsindex als toeslag te geven.
- De toeslag mag niet hoger zijn dan de toeslag van de actieve deelnemers.
- De financiering van de indexatie kan uitsluitend plaatsvinden uit het vrije fondsvermogen dat ontstaat uit rendementen op de beleggingen, eventuele overschotten op de betaalde jaarpremie en andere resultaten.
De afgelopen jaren hebben wij op de pensioenen voor de gepensioneerde en gewezen deelnemers en voor deelnemers die geen premie hoeven te betalen in verband met arbeidsongeschiktheid de volgende toeslagen verleend:
Jaar | Gerealiseerde indexatie | Ambitie volgens prijsindex |
---|---|---|
2024 | 5,33% | 5,33% |
2023 | 5,60% | 8,10% |
2022 | 2,62% | 3,42% |
2021 | 0,00% | 1,22% |
2020 | 0,76% | 2,72% |
2019 | 1,34% | 2,10% |
2018 | 0,78% | 1,33% |
2017 | 0,00% | 0,42% |
2016 | 0,16% | 0,63% |
2015 | 0,42% | 1,05% |
2014 | 0,94% | 1,56% |
De toeslagen over 2008 tot en met 2013 vindt u in dit overzicht.
Meer informatie over het toeslagbeleid vind je in het pensioenreglement.
Als er een tekort is
Het kan gebeuren dat het pensioenfonds ondanks alle voorzorgen toch geld tekort komt om op de lange termijn alle pensioenen te kunnen uitbetalen. Dan moet er iets gebeuren. Het pensioenfonds heeft de taak zo zorgvuldig mogelijk af te wegen wat de beste oplossing is: de premie verhogen, geen toeslagen verlenen, het beleggingsbeleid aanpassen, de pensioenopbouw verlagen of een extra storting van de werkgevers vragen. Het bestuur kan in overleg met de werkgevers en vakbonden ook kiezen voor een combinatie van maatregelen of nog andere keuzes maken. Alleen in het uiterste geval kan het bestuur van het pensioenfonds besluiten je opgebouwde pensioen of pensioenuitkering te verlagen. Meer informatie vind je in de ABTN (Actuariële en Bedrijfstechnische Nota).
Als we een tekort hebben, nemen we – indien nodig – één of meer van deze maatregelen:
- Je pensioen groeit niet mee met de stijging van de prijzen.
- Je pensioen gaat omlaag. We doen dit alleen in het uiterste geval.
Het pensioenfonds maakt verschillende kosten om de pensioenregeling uit te voeren. Denk bijvoorbeeld aan kosten voor de administratie. Daar vallen de kosten voor de uitbetaling van de pensioenen en de incasso van de premies onder. Ook maken wij kosten voor de communicatie, bijvoorbeeld voor het maken en verzenden van het jaarlijkse Uniform Pensioenoverzicht (UPO), het uitgeven van edities van het Pensioenbulletin en het bijhouden van de website.
Daarnaast zijn er kosten om het vermogen te beheren. Wij betalen bijvoorbeeld de partijen aan wie wij vragen om het vermogen te beleggen. Ook maken wij transactiekosten. Dit zijn bijvoorbeeld de kosten die de beurs in rekening brengt bij de aankoop of verkoop van aandelen of obligaties.
Ten slotte maken wij kosten voor adviseurs, controleurs en wettelijke toezichthouders.
In de jaarverslagen vind je informatie over de financiële gang van zaken en dus ook de kosten van het fonds. De jaarverslagen vind je in laag 3 van dit Pensioen 1-2-3 en via een aparte knop op de homepage van deze website.
Als je verandert van baan
Als je van werkgever verandert en daardoor naar een andere pensioenregeling gaat, kun je ervoor kiezen om je opgebouwde pensioen mee te nemen. We noemen dat waardeoverdracht. Dat vraag je aan bij je nieuwe pensioenuitvoerder. Laat je hier vooraf goed over informeren. Of waardeoverdracht een goede keuze is, hangt onder andere af van de financiële situatie van het Cosun pensioenfonds en van je mogelijke nieuwe pensioenuitvoerder, evenals van de inhoud van de pensioenregeling van je oude en nieuwe werkgever. Als je besluit tot waardeoverdracht, geef dit dan aan bij je nieuwe pensioenuitvoerder.
Als je besluit geen waardeoverdracht aan te vragen, dan blijft je pensioen achter bij het fonds en wordt het vanaf je 68ste jaar aan je uitbetaald. Je betaalt geen premie meer aan het fonds en gaat verder met pensioen opbouwen in de regeling van je nieuwe werkgever. Is je ouderdomspensioen kleiner dan € 592,51 (2024) per jaar als je uit dienst gaat? Dan kunnen wij je pensioen automatisch overdragen naar je nieuwe werkgever.
Meer informatie over waardeoverdracht vind je in het pensioenreglement.
Als je arbeidsongeschikt wordt
Je hebt bij het fonds recht op een arbeidsongeschiktheidspensioen als aanvulling op je WIA uitkering. Dit arbeidsongeschiktheidspensioen gaat in één jaar nadat je recht hebt gekregen op de WIA-uitkering. Ook wordt je pensioenopbouw premievrij voortgezet voor het gedeelte dat je niet meer kunt werken.
Je hebt recht op een arbeidsongeschiktheidspensioen van het pensioenfonds één jaar nadat het recht op je WIA-uitkering is ingegaan. Het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt uitbetaald tot het moment waarop je je AOW-leeftijd bereikt, die – afhankelijk van je geboortejaar – maximaal 67 jaar en 3 maanden is. De uitkering stopt eerder als je weer volledig arbeidsgeschikt zou worden of zou overlijden. Voor de hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen is de WIA-loongrens bepalend. Die grens is voor 2024 gesteld op € 71.628 per jaar.
De hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen is afhankelijk van de mate van je arbeidsongeschiktheid. Hieronder vind je een tabel waarin dit is aangegeven. Het uitkeringsbedrag is gebaseerd op het uitkeringspercentage vermenigvuldigd met het positieve verschil tussen je pensioensalaris en de WIA-loongrens. Indien je minder dan de volledige arbeidstijd werkzaam was toen je arbeidsongeschikt werd, wordt het hiervoor vastgestelde pensioenbedrag vermenigvuldigd met je deeltijdfactor. Die factor is dus lager dan de 100% die geldt bij een volledige arbeidstijd.
Bij een mate van arbeidsongeschiktheid van | bedraagt het uitkeringspercentage |
---|---|
0 tot 35% | 0% |
35 tot 45% | 28% |
45 tot 55% | 35% |
55 tot 65% | 42% |
65 tot 80% | 50,75% |
80% of meer | 70% |
Als het percentage van je arbeidsongeschiktheid wijzigt, verandert ook de uitkering van je arbeidsongeschiktheidspensioen.
Voorzetting van pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid
Ben je volledig arbeidsongeschikt, dan bouw je nog steeds pensioen op. Je hoeft hiervoor geen premie te betalen. Ben je gedeeltelijk, maar ten minste voor 35%, arbeidsongeschikt, dan wordt je pensioenopbouw voor het gedeelte dat je niet kunt werken premievrij voortgezet. Dit kan maximaal duren totdat je de AOW-leeftijd bereikt, maar uiterlijk tot de standaard pensioenleeftijd van 68 jaar.
Het is belangrijk dat je de gevolgen van je arbeidsongeschiktheid voor je pensioen in kaart brengt.
Alle details over arbeidsongeschiktheid en pensioen vind je in het pensioenreglement.
Als je gaat trouwen of samenwonen
Je pensioenregeling voorziet in een partnerpensioen. Dat betekent dat je partner een uitkering van het Cosun pensioenfonds krijgt na je overlijden. Hoe hoog die uitkering is, hangt mede af van de leeftijd waarop je overlijdt, of je nog in dienst bent of niet. Je leest er meer over bij partnerpensioen.
Trouwen of registreerd partnerschap
Alleen de echtgeno(o)t(e) of wettelijk geregistreerde partner maakt zonder meer aanspraak op een partnerpensioen. Trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaan is voor je pensioenregeling hetzelfde. Als je gaat trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaat, hoef je het pensioenfonds niet te informeren. We krijgen daar rechtstreeks bericht van via de Gemeentelijke Basis Administratie.
Samenwonen
Als je samenwoont, zonder te trouwen of een geregistreerd partnerschap aan te gaan, kan je partner ook aanspraak maken op een partnerpensioen. Hiervoor moet je partner wel aangemeld worden bij het pensioenfonds. Je kunt dit doen door het overleggen van een notariële samenlevingsovereenkomst of door het overleggen van een bewijs dat je samen met je partner gedurende (minimaal) 5 jaar op hetzelfde adres ingeschreven staat.
Kijk voor meer informatie in het pensioenreglement.
Als je uit elkaar gaat
Wanneer jij en je partner besluiten uit elkaar te gaan is het belangrijk om ook naar je pensioen te kijken. Een scheiding kan namelijk grote gevolgen hebben voor je pensioen.
Bij huwelijk of geregistreerd partnerschap
Was je getrouwd of had je een geregistreerd partnerschap en ga je scheiden? Dan heeft je ex-partner recht op de helft van het ouderdomspensioen dat je tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap hebt opgebouwd. De verdeling van ouderdomspensioen heet ook wel verevening van het ouderdomspensioen. Je ex-partner heeft twee jaar de tijd om een verzoek tot verevening van het ouderdomspensioen in te dienen bij het Cosun pensioenfonds. Na deze twee jaar is het pensioenfonds niet meer verplicht om aan dit verzoek mee te werken en moet je zelf met je ex-partner de uitkering van het ouderdomspensioen regelen. Als je ex-partner het verzoek tot verevening op tijd heeft ingediend, krijgt hij of zij recht op het verevende deel van het ouderdomspensioen als jij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Als je partner ook werkt en pensioen opbouwt, heb je evenzo recht op de helft van het tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap opgebouwde ouderdomspensioen.
Naast de helft van het opgebouwde ouderdomspensioen, heeft je ex-partner ook recht op het partnerpensioen dat tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap is opgebouwd. Dit noemen we een bijzonder partnerpensioen. Het wordt levenslang uitgekeerd aan je ex-partner na jouw overlijden.
Bij samenwonen
Woonde je samen op basis van een samenlevingscontract? Dan heeft het einde van je relatie geen gevolgen voor je ouderdomspensioen maar wel voor het partnerpensioen. Je ex-partner heeft dan recht op het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd tijdens de periode van het begin tot het eind van je relatie. Als je het pensioenfonds op de hoogte stelt van het eind van je relatie, zorgt het fonds ervoor dat je ex-partner een aanspraak krijgt op dit partnerpensioen. Dit noemen we een bijzonder partnerpensioen. Het wordt levenslang uitgekeerd aan je ex-partner na jouw overlijden.
Jij en je ex-partner kunnen besluiten andere afspraken te maken over de verdeling van het pensioen. Die afspraken dienen dan te worden vastgelegd in een scheidingsconvenant.
Alle regels over pensioen en scheiding vind je in het pensioenreglement.
Als je verhuist
Binnen Nederland Als je verhuist binnen Nederland krijgen wij in principe je adreswijziging door vanuit de Gemeentelijk Basis Administratie. Het is echter wel raadzaam je adreswijziging aan ons door te geven. Let op, je moet een adreswijziging wel altijd doorgeven aan je werkgever.
Buiten Nederland Woon je in het buitenland en ga je verhuizen of verhuis je naar het buitenland, geef een adreswijziging dan altijd door aan het pensioenfonds en je werkgever. Een vertrek naar het buitenland kan ook gevolgen hebben voor de hoogte van je AOW. Kijk daarvoor op svb.nl.
Als je werkloos wordt
Als je werkloos wordt, stopt de pensioenopbouw. Je houdt wel recht op aanspraken op ouderdomspensioen, partner- en wezenpensioen die je tot het moment van je ontslag hebt opgebouwd. Het is belangrijk dat je de gevolgen van je werkloosheid voor je pensioen voor jezelf in kaart brengt.
Als je meer of minder gaat werken
Als je fulltime werkt en je minder gaat werken, heeft dat gevolgen voor je pensioenbouw. Dat is ook het geval als je nu parttime werkt en meer uren gaat werken. Ga je bijvoorbeeld van een fulltime dienstverband naar een dienstverband van 50%, dan wordt je pensioenopbouw ook 50% van wat je op basis van een fulltime dienstverband zou opbouwen. Werkte je eerst voor 40% en ga je later 80% werken, dan gaat de deeltijdfactor van je pensioenopbouw dus omhoog van 40% naar 80%. Als je minder gaat werken, moet je je er dus goed van bewust zijn dat je dan minder pensioen opbouwt dan eerst.
Als je minder gaat werken in het kader van deeltijdpensioen gelden er andere regels. Ga daarvoor naar de specifieke tekst over Deeltijdpensioen.
Als je verlof opneemt
Als je vakantiedagen opneemt of korte tijd ziek bent, gaat je pensioenopbouw gewoon door. Daarnaast geldt voor een aantal verlofregelingen van je werkgever Cosun dat de pensioenopbouw gedurende een vooraf bepaalde periode wordt voortgezet. Hierbij gaat het om levensloop- en ouderschapsverlof. Maak je geen gebruik van deze regelingen, maar neem je voor een langere periode onbetaald verlof op voor bijvoorbeeld een sabbatical, dan gaat je pensioenopbouw niet door. Als je meer informatie over verlof en pensioenopbouw wilt, kun je contact opnemen met je HR-afdeling of Appel Pensioenuitvoering.
Bezoek eens per jaar mijnpensioenoverzicht.nl. De website mijnpensioenoverzicht.nl is een gezamenlijk initiatief van alle pensioenuitvoerders en de overheid. Op die website vind je niet alleen de meeste actuele gegevens van je pensioen bij het Cosun pensioenfonds, maar ook van je opgebouwde pensioenaanspraken bij al je vorige werkgevers en de AOW. Je hebt daar dus je complete pensioenplaatje zowel in bruto- als in nettobedragen in één overzicht. Om te kunnen inloggen heb je een DigiD nodig. Dit is een digitale identiteitscode die je kunt aanvragen via de website digid.nl.
Het is verstandig om minstens één keer per jaar in te loggen op mijnpensioenoverzicht.nl om te zien hoe je pensioen ervoor staat. Pensioenfonds Cosun werkt elk kwartaal de gegevens die hier worden getoond bij. Voldoen de cijfers die je op mijnpensioenoverzicht.nl ziet aan je wensen en verwachtingen of niet? In dat laatste geval kun je daar misschien zelf nog iets aan doen door bijvoorbeeld extra te sparen voor je oudedag. In de komende jaren wordt mijnpensioenoverzicht.nl uitgebreid met meer informatie over keuzes rond je pensioen. Het is dus goed als je de weg naar deze belangrijke website weet te vinden.
Keuzemogelijkheden
De pensioenregeling van Cosun biedt je verschillende keuzemogelijkheden zoals deeltijdpensioen of eerder of later met pensioen gaan. Je kunt een deel van je ouderdomspensioen omwisselen voor een hoger partnerpensioen of omgekeerd je opgebouwde partnerpensioen geheel of gedeeltelijk omwisselen voor een hoger ouderdomspensioen. Verder kun je bij vervroegde pensionering een hoger ouderdomspensioen krijgen tot je AOW-leeftijd en vervolgens levenslang een lagere uitkering. In de eerste laag van het pensioenoverzicht vind je deze mogelijkheden onder Welke keuzes heb je zelf. Vervolgens kun je per onderwerp doorklikken naar meer informatie over deze keuzemogelijkheden.
Daarnaast zijn er gebeurtenissen in je leven en loopbaan die van invloed zijn op je pensioen. Daarbij heb je soms ook keuzes te maken. Bijvoorbeeld als je met ontslag gaat. Neem je dan je opgebouwde pensioen mee naar de pensioenuitvoerder van je nieuwe werkgever of laat je het staan bij pensioenfonds Cosun?
Als je vragen hebt
Neem contact met ons op als je vragen hebt over de inhoud van je pensioenregeling, over de keuzemogelijkheden of over jouw persoonlijke pensioensituatie.
Stichting Pensioenfonds Cosun
P/a Appel Pensioenuitvoering B.V.
Postbus 30396
1303 AJ Almere
E-mail: pfcosun@appelpensioen.nl
Telefoon: 085-2104133